30 januari – Op dinsdag 28 januari om 15.30 uur bij De Steck (oude bibliotheek) in Doetinchem werden maar liefst vier scripties gepresenteerd. Daar ging het over de kansen voor wonen en werken van jongeren in de Achterhoek. Jongeren die een hogere opleiding willen volgen vertrekken steeds vaker uit gebieden aan de rand van Nederland en keren minder vaak terug na het afronden van hun studie.
Vier studenten van de Universiteit van Amsterdam (UvA) deden afgelopen jaar op verschillende manieren onderzoek naar de situatie in de Achterhoek. In vogelvlucht hun resultaten.
-Laura Voortman deed onderzoek onder scholieren van het Ulenhofcollege (voorlaatste klassen Mavo, Havo en Vwo). Iets minder dan de helft van de scholieren wil later weer in de Achterhoek wonen. Belangrijkste redenen zijn vrienden en familie, het landschap en zaken als dialect en plaatselijke evenementen.
-Simon Koperdraat vergeleek de reacties van scholieren Havo en Vwo in Den Helder met die van havo- en vwo-scholieren in Doetinchem. Voor Achterhoekse jongeren lijkt de binding met hun dorp en streek veel belangrijker als motivatie om later terug te willen komen, dan in de Kop van Noord‐Holland.
-Huub van Geldorp interviewde studenten die in Amsterdam en omgeving wonen, onder andere jongeren die in de Achterhoek zijn opgegroeid. De Achterhoekers denken dat ze hier niet terugkeren, omdat ze de kans op passend en uitdagend werk laag inschatten.
-Menno Vegter interviewde hoger opgeleide jongvolwassenen die in de Achterhoek wonen en werken: blijvers (geboren en getogen in de Achterhoek), terugkeerders (na studie/werk elders teruggekeerd) en vestigers (elders opgegroeid en gestudeerd). Doorslaggevend om (weer) naar de Achterhoek te gaan zijn familie en vrienden. En het Achterhoekse landschap. Vestigers hebben vaak een partner die al een binding met de Achterhoek heeft.
Wat duidelijk werd uit de presentaties is dat het van belang is dat jongeren, wanneer ze vertrekken voor studie uit de Achterhoek, een positief beeld hebben van de regio en de mogelijkheden, zeker ook op gebied van werk. En in de Smart Industries zijn natuurlijk hogere functies te over. Alleen dat is onvoldoende bekend. Daarnaast vind ik het zelf van groot belang dat we in de Achterhoek de Mbo-opleidingen en Mbo-studenten koesteren: zij zijn vaak iets minder “reislustig” en van grote waarde om de arbeidsplaatsen in de techniek en zorg in te vullen.