week 13-20 juni 2020

Er gebeurt heel veel op het terrein van het “sociaal domein”. Vooral in combinatie met de onzekere gevolgen van de coronacrisis. Dat biedt kansen voor innovatie, maar we worden als gemeenten keihard teruggefloten door de steeds oplopende kosten in dat sociaal domein. Wie de landelijke en regionale èn vakpers volgt ziet dat steeds meer (groepen van) gemeenten aan de bel trekken in Den Haag. Er zal meer geld naar de gemeenten moeten om de basisinfrastructuur voor de zorg aan onze inwoners op peil te houden. Dat is de noodkreet van veel moties en brieven richting VNG en Rijk. Natuurlijk ontslaat dat ons als gemeente ook niet van de plicht om te kijken hoe wij de dienstverlening op sociaal gebied beter, meer gericht op samenwerking en het “voorliggend veld” kunnen inrichten. En ten derde mogen wij zeker ook begrip en actie vragen van onze inwoners. Wij mogen hen ook aanspreken op hun burgerschap en ook duidelijk maken dat van elke inwoner gevraagd mag worden naar vermogen bij te dragen. Vrij naar Kennedy: vraag niet wat de gemeente (gemeenschap) voor jou kan doen, maar wat jij voor de gemeenschap kunt doen. Nieuw Naoberschap.
 
Persoonlijke noot
 
Vrijdag 12 juni was de geboortedatum van Anne Frank. Reden voor het Nat. Onderduikmuseum een bescheiden “welkomstceremonie” te organiseren bij de Anne Frankboom in het nieuwe plantsoentje aan de Stationsstraat. Mooi gedaan. Veel media-aandacht. Ook mooie toespraken. Van respectabele mensen. Die allemaal een verwijzing maken naar de huidige tijd. En waarschuwen voor antisemitisme, racisme en populisme. Zaterdag was ik privé in Amsterdam. Vlakbij het Merwedeplantsoen, het woonhuis van de familie Frank, voordat ze onderdoken. “Foto’s maken kost niks” zei het oude mannetje dat de Stolpersteine leek te bewaken. Verder was het er doodstil. De familie Frank mocht hier als vluchteling uit Duitsland verblijven, hun Duitse nationaliteit werd hen ontnomen. Maar de toenmalige autoriteiten vonden het wat veel gevraagd om hen de Nederlandse nationaliteit te geven. Onze geschiedenis bestaat niet alleen uit verhalen over onderduik en verzet. Heeft ook z’n donkere kanten. Waarschuwen voor de parallellen met het heden is goed, moet ook gebeuren. Maar wat volgt daarop? Hoe stellen we ons op in het debat over antisemitisme en racisme? Gaan we het gesprek aan of schreeuwen we mee? Nemen we elkaars zorgen serieus of zetten we elkaar voor het gemak maar weg in hokjes? Ik zou het mooi vinden als ons “naoberschap” voor alle mensen zou gelden. Dat heet een inclusieve samenleving. Respect voor elkaars “anders” zijn, respect voor elkaars opvattingen maar vooral respect voor de ander. Ik zie daarin ook een taak voor de lokale politiek. Verbinden. Gesprek aangaan en blijven voeren. Uitleggen en beredeneren. Wat is er eigenlijk mooier dan de lokale democratie waarin dit plaatsvindt?
 
Laborijn
 
Het algemeen bestuur van Laborijn nam vrijdag 12 juni een – op verzoening gericht- belangrijk besluit. Oude IJsselstreek stapt uit de gemeenschappelijke regeling, maar de werknemers in de Wsw (wet sociale werkvoorziening) blijven (materieel) onder Laborijn vallen. Zij houden hun werkplek, collega’s en werk. En het uittreden van Oude IJsselstreek levert geen schade op voor de organisatie. “Toevallig”stond de behandeling van de begroting van Laborijn maandagavond op de agenda van de (beeldvormende) raad. De directeur Jan-Henk Janssen kon aan de aanwezige raadsleden de gevolgen goed uitleggen. Ook ging het over de gevolgen van corona. Opvallend genoeg wordt Laborijn in de detacheringen en werkplaatsen wel geconfronteerd met minder werk, sommige risicogroepen moeten thuisblijven, maar het overall-beeld is toch dat er op andere plekken weer werk bijkomt en dat het aantal mensen dat in de bijstand terecht komt nog erg laag is. Wel hebben veel zelfstandigen een beroep gedaan op de TOZO-regeling (steun voor zelfstandigen); dus we moeten nog steeds rekening houden dat er sprake is van ‘stilte voor de storm”.
 
Verzorgingscentra
 
Maandag een gesprekje met mensen van Stichting Marga Klompé. Langzamerhand krijgen de bewoners (en hun familie) meer vrijheden. Wat ook opvalt is dat de eerste golf van aandacht voor de bewoners (talloze tekeningen, cadeautjes, snoeperijen) rond Pasen weer is weggeëbd.  Toch is er veel bereidheid in de samenleving om iets voor o.a. “eenzame ouderen” te doen. Hoe hou je dat vast? En hoe start je allerlei activiteiten weer op rekening houdend met de 1,5 meter. Dat geldt voor koffiedrink-uurtjes, bingo’s, spelletjes, maar ook voor de bekende elektro-kar. Die vervult niet alleen een nuttige functie voor bewoners van de zorgcentra, maar juist ook voor zelfstandig wonende ouderen. Dus we hebben afgesproken dat die service weer heel voorzichtig opgestart gaat worden. Persoonlijk ben ik benieuwd of er een landelijke evaluatie komt naar het beleid dat tijdens de coronacrisis gevoerd is, gevoerd wordt en gevoerd gaat worden richting verzorgingscentra en instellingen. Veel bewoners en hun familie hebben het toch behoorlijk zwaar gehad in de afgelopen tijd van isolatie. Zelf mocht ik deze week weer voor de eerste keer een rondje wandelen – met mondkapje! –  met schoonmoeder.
 
Gemeenteraad
 
Dinsdag kwam (het “quorum” van) de gemeenteraad bij elkaar. In het vragenuurtje werd ik bevraagd over de stand van zaken van het transformatieplan in het sociaal domein. Wat is er aan de hand? We geven ongeveer 16 miljoen uit aan zorg en er komt (vooral vanuit het Rijk) maar 13 miljoen binnen. Ieder kan op zijn klompen aanvoelen dat dat niet lang goed kan gaan.
We zijn als Aalten hierin niet uniek. Lees de kranten en je ziet dat in elke gemeente sprake is van soms grote tekorten op vooral de jeugdzorg en de wet maatschappelijke ondersteuning. De roep om meer geld voor de gemeenten zwelt dan ook aan. Als college zijn we samen met onze medewerkers bezig een transformatieplan op te stellen.
Dat plan is gericht op anders denken en anders doen. Voor alle partijen. Onze medewerkers, de zorgpartijen en onze inwoners. We vragen van iedereen wat; vooral om kritisch mee te denken. Kan er niet meer in “preventie”opgelost worden, samen met het “voorliggende veld” (it takes a village to raise a child). Kunnen zorgpartijen niet eerder en beter samenwerken? Kunnen we als gemeente (medewerkers) niet nog meer op zoek gaan naar “de vraag achter de vraag”. Hoe kun je de inwoner het best ondersteunen?
En natuurlijk scharen wij ons bij die gemeenten die met kracht van argumenten het rijk oproepen niet alleen maar taken over de schutting te gooien, maar daar ook fatsoenlijk budget bij te doen. Het transformatieplan zal dus niet alleen gericht zijn op minder geld, maar ook op anders inzetten. Dat laatste is vooral uitvoering: het hoe.
Toch wil het college- zo heb ik dinsdag betoogd- heel graag het hele pakket met de raad bespreken, zodat iedereen de samenhang ziet. Dat gaat dan ook gebeuren op 30 juni. Dat is een informerende bijeenkomst, waarin we natuurlijk graag zien dat de raad meedenkt. In de periode daarna willen we ook graag van die meendenkmomenten organiseren met de partners in de zorg.
Mochten de maatregelen leiden tot een wijziging van de lopende begroting 2020 dan brengen we die wijziging in de septemberraad. Dan kan daar een openbaar debat over plaatsvinden. En natuurlijk vindt het debat plaats over de begroting 2021, waar een deel van de financiële vertaling (lees ombuigingen) in terecht zal komen.
Het is duidelijk tijd voor verandering. Verandering in denken en doen. Enerzijds omdat de transformatie in de zorg nodig is, anderzijds domweg om de zorg – ook op gemeentelijk niveau- betaalbaar te houden. We vragen iedereen daaraan mee te werken. 
 
Tja, en toen kwam de mededeling dat Henk Meerdink zou gaan stoppen als raadslid. Niet helemaal als een verrassing, maar toch; op facebook schreef ik:
 
Als het over natuur, milieu en varkens en mest ging, waren we het 38 jaar vaak hartgrondig oneens. Maar we konden altijd weer gezellig een biertje drinken. Respect voor zijn inzet en werklust. Dank voor zijn betrokkenheid. En de lol die we hadden en hebben in de gemeentepolitiek.
 
Ondernemen met impact
 
Maatschappelijk verantwoord ondernemen, maatschappelijk betrokken ondernemen. Allemaal termen die aangeven dat ondernemers van toegevoegde waarde kunnen zijn voor de samenleving. Samen met collega-wethouder Hans te Lindert hadden we woensdag een brainstorm met Hans Martijn Ostendorp en Michael Ogubai van de Graafschap. Wat zouden we met het sterke merk de Graafschap kunnen doen in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Hoe zetten we – ook en juist in Aalten- de bekendheid en waardering voor de Graafschap in als waarde bij de vorming van de jeugd. Onderwijzers, wethouders of deskundigen kunnen een pleidooi houden voor gezonde voeding en leefstijl bij jongeren; een goed speler van de Graafschap maakt natuurlijk vele malen meer indruk. Wij kunnen de organisatie vragen jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt een stage aan te bieden; als dat binnen de businessclub van de Graafschap gebeurt, slaat dat veel meer aan. En zo nog tientallen ideeën meer. Michael ging daarna naar onze talentverbinders bij Figulus. Ook daar zie je de verbindingen ontstaan. De andere dag sprak ik over hetzelfde onderwerp met de mensen van adviesbureau K+V. Zij willen ons graag helpen bij het onderwerp ‘ondernemen met impact’ gemeengoed te maken in de Achterhoek. De verbinding met de Graafschap is dan snel gelegd. Wellicht kunnen we dat koppelen aan de regio en de 8erhoek-ambassadeurs. Maandag zitten we al aan tafel om een concreet idee te bespreken hoe we voorkomen dat mensen door de coronacrisis in de WW belanden. 
 
Stadsbank
 
Vrijdagmorgen het algemeen bestuur van de Stadsbank. In deze gemeenschappelijke regeling werken 22 gemeenten in Twente en de Achterhoek samen. De Stadsbank is er vooral voor mensen met financiële problemen. Als gemeente Aalten maken wij gebruik van de Stadsbank voor mensen die in een minnelijk of wettelijk traject zitten van schuldsanering. Ook zijn er inwoners die gebruikmaken van bewindvoering. De discussies in de gemeenteraden over gemeenschappelijke regelingen gaan vaak over geld. De meeste gemeenteraden vinden dat de organisaties het – net zoals hun eigen gemeente- met minder geld moeten doen. Vanuit de Achterhoek wordt bijv. een norm gehanteerd van maximaal 1,7 % kostenstijging. Als dan de Cao-stijgingen al 3% bedragen, dan moet er dus bezuinigd worden op de taakuitvoering. En dan zit een Algemeen bestuur van zo’n organisatie in een spagaat. Enerzijds maak je in zo’n bestuur afspraken om de dienstverlening aan de inwoners van je gemeente zo goed mogelijk te organiseren. En aan de andere kant krijg je een opdracht mee om tegen de bestuursafspraken in toch nog meer geld te besparen. Dat was ook vrijdag het geval. De gemeenteraad van Almelo wilde nl. dat de risicoreserves verminderd werden en dat die besparing uitgekeerd zou worden aan de gemeenten. Maar ja, die reserve is er dus voor risico’s.  Overigens vond de vergadering plaats in het gloednieuwe stadhuis van Hengelo (O). Mijn vroegere standplaats en werkgever. Dus een leuke rondleiding na afloop en weerzien met (slechts twee aanwezige) oud-collega’s zat bij de prijs in. Op 3 april zou er een open dag zijn in dit nieuwe stadhuis. Dat ging dus even niet door…….
 
Basisinkomen
 
Corona heeft het besef doen neerdalen dat we niet maar zo meer terugkunnen naar vroeger-normaal. Er leven terechte vragen over massa-toerisme, inkomensverdeling en steun aan bedrijfsleven. De term basisinkomen wordt na een jaar of 10 weer afgestoft en wordt weer serieus bekeken. Een groeiende minderheid binnen veel politieke partijen vindt het basisinkomen, al of niet met voorwaarden een interessante gedachte. Zowel van uit een sociale maar ook liberale gedachte. Vrijdagavond organiseerde de Koppelkerk een digitale meet up over dit onderwerp. Ook enkele collega’s uit de regio namen daaraan deel. Er was een interessante bijdrage van Arjan Vliegenthart, directeur van NIBUD (Nederlands Instituut voor Budgetvoorlichting) die heeft uitgerekend dat een vorm van basisinkomen financieel gezien vooral ten goede komt aan kwetsbare groepen als alleenstaande ouders. Maar de “bijvangst” (zo blijkt ook uit onderzoeken in Alaska en Finland) minstens zo belangrijk is: minder kosten gezondheidszorg, minder bureaucratie (er zijn nu meer dan 50 inkomensondersteunende maatregelen en toeslagen (!) – zie illustratie), meer kansen voor kinderen, meer welzijn. Ook interessant was de bijdrage van Evelien Meester van Stimulansz (een adviesorganisatie voor gemeenten op het gebied van de uitvoering van de sociale zekerheid), die een pleidooi hield voor de omgekeerde verordening. Uitgaan van vertrouwen in plaats van regels en controle. Daar werd een krachtig voorbeeld bij geleverd door oa. Monique Thijssen van Laborijn die aangaf waarom de TOZO (regeling voor zelfstandigen in de corona) zo snel uitgevoerd kon worden. Dat heeft te maken met de afwezigheid van burocratie, het gevoel allemaal in hetzelfde schuitje te zitten en vooral vertrouwen. Aan het eind van de bijeenkomst gaven 6 mensen zich op om eens na te denken over een Achterhoekse variant van basisinkomen. Is zo’n sociale innovatie mogelijk en wenselijk? Wil je meedenken, geef dan mij een seintje.

Deel deze inhoud

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *