Een voorbeschouwing op de meedenkavond van 12 junia.s. (zie elders) over de gemeentelijke financiën.
Mij werd gevraagd of ik misschien een stukje wilde schrijven over de Jaarrekening en de Voorjaarsnota. Afgelopen woensdag 5 juni was het jaarlijks jaarrekening- en voorjaarsnotacafé. Een informele bijeenkomst van raadsleden, fractievolgers en de ambtenaren van de verschillende beleidsterreinen (programma’s). De eerstvolgende meedenkavond georganiseerd door de fractie op 12 juni zal in het teken staan van de gemeentefinanciën en meer in het bijzonder het ‘ravijnjaar’. Of ik daarom misschien een soort van samenvatting kon schrijven was het verzoek. Helaas, die gaat u nu niet van mij krijgen. Niet alleen heb ik op het moment dat ik dit schrijf beide nota’s slechts nog maar in grote lijnen doorgenomen, maar bovendien zijn beide nota’s feitelijk al een samenvatting. Een samenvatting van een samenvatting geeft misschien wel een erg beperkt beeld van de werkelijkheid. In plaats daarvan een aantal overdenkingen over de nota’s.
In de Aalten Vooruit schreef Jos Wessels, voormalig raadslid van het CDA en tegenwoordig politiek correspondent, dat de gemeente Aalten ‘goed geboerd’ had in 2023. Dit jaar is namelijk afgesloten met een positief saldo van bijna 2,3 miljoen. Dit klinkt als veel geld, en dat is het natuurlijk ook, maar dit moet wel worden bezien in het licht van de totale begroting die bijna 80 miljoen bedraagt. Belangrijker is echter dat een positief saldo naar mijn mening niet betekent dat de gemeente goed heeft geboerd. De gemeente heeft immers geen winstoogmerk. Het is altijd fijn dat de kosten lager blijken te zijn dan begroot, maar een positief saldo kan echter ook betekenen dat de gemeente minder heeft uitgevoerd dan was voorgenomen. En dat is niet wat we willen. Bij het vaststellen van de begroting gaat het niet alleen om het budget, maar vooral ook om het beleid dat de gemeente voornemens is om uit te voeren. Als bij de jaarrekening geld over blijkt te zijn dan kan dit betekenen dat zaken zijn blijven liggen.
Dit lijkt echter in de gemeente Aalten mee te vallen. Het positief saldo bestaat vooral uit een hogere uitkering uit het gemeentefonds dan begroot. Dat dit meer zou zijn, werd pas aan het einde van het jaar duidelijk, bij de decembercirculaire. Dan kan het geld natuurlijk niet meer worden uitgegeven. Ook is sprake geweest van minder (meer)kosten en incidentele subsidies en bijdragen vanuit de rijksoverheid. Het zijn allemaal incidentele meevallers. Het levert dus geen financiële ruimte op voor nieuw beleid. Anders gezegd: deze voordelen kunnen niet worden gebruikt als dekking voor structurele uitgaven. Samengevat geldt dus in dit geval dat de in het verleden behaalde resultaten geen garantie bieden voor de toekomst. Wat dat betreft gaan we nog steeds een financieel lastige tijd tegemoet door het ravijnjaar 2026 waarin nog steeds sprake is van een groot tekort in de begroting.
Dan de voorjaarsnota; dit is feitelijk een voortgangsrapportage. We hebben in oktober 2023 de begroting vastgesteld voor 2024 en in het voorjaar geeft het college een update van de voortgang van het voorgenomen beleid en volgt er, zo nodig, een bijstelling van de bijbehorende budgetten. Eigenlijk is het iets ingewikkelder, want na de begroting heeft de raad ook nog de najaarsnota vastgesteld in december 2023. Dit is eveneens een voortgangsrapportage en een bijstelling van het financiële beleid, maar dan eigenlijk van het betreffende jaar (dus 2023). Omdat er echter gewerkt wordt met een meerjarenbegroting (voor het huidige jaar en de drie daarop volgende jaren) is er altijd een soort van overlap. De voorjaarsnota sluit dus meer aan op de najaarsnota dan de begroting.
Dan de inhoud; daar draait het natuurlijk om. In het oog springt het extra budget dat het college vraagt voor de nieuwe dienstverleningsvisie: één toegang. Dit is het plan van het college om de dienstverlening aan de inwoners van Aalten in het algemeen en in het bijzonder op het gebied van sociaal domein te verbeteren. De bedoeling is om het doolhof van verschillende toegangen te ontwarren en één toegang te creëren voor alle vragen van de inwoners van onze gemeente. U gaat hierover vast en zeker nog meer lezen en horen.
Nu weer terug naar het geld: de uitwerking van de visie zal zo’n € 450.000,- gaan kosten. Een bedrag van € 150.000,- is al beschikbaar gesteld door de raad. Daar moet dus nog € 300.000,- bij. En zo goed het idee misschien is, zo slecht is de timing van het college als het gaat om het vragen van dit extra budget. Budget van deze omvang vragen voor nieuw beleid bij een tussentijdse voortgangsrapportage is niet gebruikelijk. Daarvoor is namelijk de begroting: een stuk waarin al het voorgenomen beleid is opgenomen met de daarbij verwachte kosten ervan. Bovendien is recentelijk de kadernota vastgesteld door de raad voor de begroting van 2025. Duidelijk is geworden dat er keuzes gemaakt zullen moeten worden en het voorgenomen en/of gewenste beleid geprioriteerd en/of gefaseerd zal moeten worden. Er wordt door de organisatie al hard nagedacht over ‘ombuigingen’ (volgens mij werd dit vroeger gewoon ‘bezuinigingen’ genoemd, maar dat terzijde). De wensen van de raad zullen dus in het geheel van al alle andere taken, waaronder de wettelijke, beoordeeld en gewogen moeten worden. Een drietal amendementen van het CDA om alvast een voorschot te nemen hierop door een drietal onderwerpen (het Boerenfonds, uitwerking IHP en woningbouwinitiatieven) veilig te stellen bij de ombuigingsoperatie, zijn ingetrokken nadat hiervoor geen steun bleek te zijn en deze ook ernstig ontraden werd door de wethouder. “Niets is heilig” waren de letterlijke woorden van wethouder Kok. Volgens mij is er dan wel een gezonde dosis lef nodig om vervolgens nog geen maand later bij een voortgangsrapportage drie ton extra budget te vragen voor de nieuwe dienstverleningsvisie. Uiteindelijk is het echter aan de raad om te beslissen hierover. Het zal in ieder geval tot een interessante discussie kunnen leiden.
De meedenkavond van 12 juni a.s. staat in het teken van gemeentefinanciën. In het bijzonder zal gesproken worden over hoe we ons als gemeente zouden moeten voorbereiden op het ravijnjaar. We hebben een speciale gast die helemaal thuis is in de wereld overheidsfinanciën en altijd graag zijn kennis deelt met anderen. Daar zijn wij natuurlijk heel blij mee. Het scheelt misschien ook nog wat leeswerk. De avond begint om 20.00 uur en vindt plaats in het Kulturhus Noaberz in Dinxperlo. Graag tot dan!
Petra Hoezen