Bert Weevers, 15 oktober 2022
De startnotitie Biodiversiteit opent sterk:
“Voor de leefbaarheid van de aarde in de toekomst is het biodiversiteitsverlies het grootste probleem, op de voet gevolgd door opwarming van het klimaat. De biodiversiteit holt wereldwijd achteruit, zo ook in Nederland. Ondanks dat er in Nederland diverse goede ontwikkelingen zijn gekomen de afgelopen jaren, is het wel nodig om het tij van het biodiversiteitsverlies te keren.”
“De ambitie van de gemeente Aalten is dan ook om de biodiversiteit te behouden en te versterken door de samenhang in het landschap te vergroten en het beheer meer te richten op het vergroten van de biodiversiteit. Hierdoor ontstaat er een robuust landschap waarin de biodiversiteit tegen een stootje kan. Ons doel is dan ook om in 2030 de biodiversiteit in onze gemeente versterkt te hebben t.o.v. het jaar 2022.”
Om deze ambitie waar te kunnen maken is een biodiversiteitsplan nodig: wat houdt biodiversiteit in, hoe staat het met onze biodiversiteit en waar willen we naar toe? Hoe maken we onze ambitie concreet en meetbaar?
De meeste partijen waren dinsdag tijdens de oordeelvormende vergadering positief over de startnotitie. Wij ook. Een belangrijke stap voor Aalten. Vooral VVD en HMV/BBB hadden andere ideeën. VVD vond dat biodiversiteit niet als apart beleidsdoel moest worden uitgewerkt, maar meegenomen moest worden in ander beleid. Via koppelkansen kan dan op meerdere terreinen winst worden geboekt. Ook CDA noemde koppelkansen vaak. Iedereen ziet het belang van koppelkansen denk ik, maar biodiversiteit is zo urgent dat het zeker wel een zelfstandige nota behoeft.
Er ontspon zich een discussie over het gebruik van ‘ambassadeurssoorten’: planten- dieren- of insectensoorten die als indicator fungeren voor de kwaliteit van de betreffende biotoop/ landschapssoort. Onze Theo Bauhuis wist dankzij zijn uitgebreide kennis hierover alle kritiek hierop te weerleggen – en de nodige nuanceringen aan te brengen – en de neuzen dezelfde kant op te krijgen.
Theo hield ook een sterk pleidooi om lokaal/regionaal aanwezige kennis via natuurgroepen, WBE e.d. in te zetten voor het biodiversiteitsbeleid.