Betekent herdenken en herinneren terugkijken of vooruitkijken?
Hoe moet je oorlog, bezetting en bevrijding van 70 jaar geleden in de huidige wereld herdenken? Door terug te kijken, herinneringen op te halen, militaire operaties na te spelen, kransen te leggen en monumenten te onthullen? Of door vooruit kijken, kijken wat je bijdrage aan de wereld vol geweld-nu is; hoe je kunt helpen aan die gemakkelijk uitgesproken zin: “nooit weer, nie wieder”? Of beide?
Het is een ongemakkelijk vraagstuk. Ieder doet het op zijn manier. Maar zeker vanuit een progressieve partij (die vooruit wil naar een betere wereld) moeten we ook aandacht hebben voor de oorzaken voor het huidige geweld in de wereld. We kunnen niet stil blijven staan in herinnering aan het leed wat 70 jaar geleden aan onze (voor)ouders is aangedaan of de makkelijke scheiding goed-fout, die jarenlang –en ook nu nog- opgeld deed.
“Nooit weer, nie Wieder”.
Maarten Peters gaf zaterdag een voorstelling in het Kulturhus te Dinxperlo. Hij vertelde over het jaar 1999. Toen er oorlog was in Europa, op de Balkan, in Kosovo en mensen in treinen werden afgevoerd simpel en alleen omdat ze van een andere bevolkingsgroep waren. Hij dacht toen: “Dat heb ik vaker gezien”. Dat is 15 jaar geleden. En op dat moment 55 jaar nadat iedereen zei in Europa: “Nooit weer, nie wieder”. Waarom deed niemand iets? Althans niet genoeg? “We zijn een beetje oorlogsmoe” had iemand gezegd. Voor Maarten Peters was dit een soort startpunt voor een project dat elk jaar een gedicht/liedje opleverde bij o.m. de herdenking in Westerbork. Vaak geïnspireerd door ontmoetingen met echte helden: joden, eenvoudige mensen van weerskanten. Uiteindelijk leidend tot het project “ Bevroren tranen”. Veel van die liedjes gaan over: “nooit meer, nie wieder” en over de soms verlammende vraag: “waar zou ik staan, wat zou ik doen”? Veel liedjes en gedichten gaan ook over de vraag naar de oorzaken van alle ellende. Monumentaal vastgelegd in het icoon van de popmuziek: “Imagine”van John Lennon. Het laatste liedje in de voorstelling. Dan kun je ook niet om de dag van vandaag heen. Poetin die uit machtswellust en grootheidswaan jonge soldatenlevens over de kling jaagt. Wilders die bevolkingsgroepen vanwege hun geloof en ras wegzet: “minder, minder”. IS die vanuit godsdienstwaanzin jongeren hersenspoelt en wanstaltige daden laat doen. Ik was zwaar onder de indruk van deze manier van herdenken.
Rollend kabaal of stilte?
Juist voor mensen die vooruit willen naar een betere wereld is het niet genoeg om alleen maar te kijken naar militair vertoon en oude spullen die een soort jongensdroom vertegenwoordigen en een valse romantiek over het vreselijke wat oorlog is leggen. Met diezelfde wapens en voertuigen –in iets modernere vorm- worden nog dagelijks duizenden onschuldige burgers in bijv. Syrië gedood. Ik sprak een oude mevrouw van bijna 90 die de bombardementen in Aalten in begin 1945 had meegemaakt. En die blij was dat de bommenwerper die een showtje zou komen geven niet ging vliegen. Die niet naar de militaire optocht wilde kijken omdat de angst (na 70 jaar!) dan weer boven kwam. Als er nog zulke angsten zijn, wat drijft ons dan om toch dit soort optochten te organiseren voor de leut? Wordt er dan wel voldoende rekening gehouden met de angsten van zwakke en oude mensen?
Vooral progressieve mensen zouden, zoals ook Maarten Peters aangeeft, vooral maar stil moeten zijn bij herdenken en herinneren. Geen kabaal maken van oude voertuigen en vliegtuigen en militairtje spelen. Daarnaast zouden we op zoek moeten gaan naar de oorzaken van onrecht, geweld en oorlog. En die in ons werken, ons consumeren, onze politiek stemgedrag aanpakken. En als we dan nog tijd over hebben de uitwassen bestrijden. Iedere op zijn manier. Bijvoorbeeld door vluchtelingen te helpen, door projecten te steunen, door een beetje op te letten wat we allemaal uitkramen over andere bevolkingsgroepen op sociale media en aan de bar. Door ons te verdiepen in mensen. Dat kan ook via de lokale politiek.
Reageren? joop.wikkerink@progressieve-partij.nl