week 19 (klik hier)

Handhaving en bestuurlijke integriteit.
Handhaving van wetten en optreden tegen overtredingen daarvan is geen sterk punt van dit college. Daar geeft het programma van deze coalitie ook aanleiding voor. Daar staat:
“Wij handhaven waar nodig maar het is geen doel op zich. We willen de dialoog stimuleren, in gesprek gaan met overtreders en als laatste handhaven. Mediation kan hiertoe een belangrijke bijdrage leveren.”
 
Van kippenhok naar jachthut
Er speelt nu weer een gevalletje van niet willen handhaven. Het gaat om een tot jachthut verbouwd kippenhok aan de Beestmanweg. Daar stond (al op foto’s van 1960 te zien) een kippenhok. Dat kon ook volgens bestemmingsplan 1977. De agrarische functie is beëindigd en de bestemming is naar bos- en natuurgebied gebracht en het gebouwtje onder het overgangsrecht. Dat wil zeggen mag wel blijven bestaan maar niet veranderd worden qua gebruik en bestemming. Toch gebeurde dat en op enig moment was het een jachthut geworden. 
Het College wil nu vooruitlopend op een nieuw bestemmingsplan de zaak legaliseren en dus bestemmen als jachthut. Dat is ongebruikelijk, omdat een gebouw niet twee keer onder het overgangsrecht gebracht mag worden. Bovendien, zo voert de advocaat van de klagende buurman aan, schrijft het moderne overgangsrecht voor dat illegale bouw nooit onder het overgangsrecht gebouwd gaat vallen. 
Toch wil het College dat hier. Men heeft aangevoerd dat in het voorontwerp bestemmingsplan landelijk gebied het gebouwtje positief bestemd is en dat er dus zicht op legalisatie bestaat. Die positieve bestemming vindt zijn grond in een afweging die het College maakt over de ruimtelijke inpassing in het Nationaal Landschapgebied. Ze vindt het niet storend. Echter het College maakt een cruciale fout door te stellen dat er zicht op legalisering bestaat omdat er een voorontwerp van het nieuwe bestemmingsplan ter inzage heeft gelegen. Volgens de advocaat en de rechtbank kan dat niet. Je kunt wel vooruitlopen op een nieuw bestemmingsplan, maar alleen als het ontwerp (en niet voorontwerp) ter inzage ligt. Terecht voert de advocaat aan dat het College uitgaat van een besluit van de raad, welke niet zeker is. Kortom de Rechtbank Gelderland hoefde niet lang na te denken en gaf de klager gelijk: het College moest handhaven en de jachthut laten verwijderen op straffe van een dwangsom.
 
College aan alle kanten teruggefloten
Nu wordt het interessant. Het College is aan alle kanten teruggefloten. De jachthut is illegaal en het College dient te handhaven, aldus de gemeentelijke bezwarencommissie en de Rechtbank Gelderland. Het College gaat echter bij de raad een verklaring van geen bezwaar aanvragen. Als deze verklaring door de gemeenteraad wordt afgegeven dan kan er voor de jachthut een omgevingsvergunning gegeven worden. En staat de jachthut er alsnog legaal.
 
Wat hier nu van te vinden? Is er sprake van onmin in de buurt? Heeft het College al de in het coalitieprogramma opgenomen mediation toegepast, heeft ze de kemphanen “in dialoog gebracht”. Ik geloof er niks van. Is de klager een verwend iemand met een te groot huis en teveel geld? Die dacht dat hij op zo’n 100 meter van zijn achterdeur een bouwvallig kippenhok had, dat een jachthut compleet met jachtfeestjes bleek te zijn?  Of iemand die gewoon opkomt voor z’n recht? Als je er langs fietst denk je: “waar gaat dit over?” Toch zijn er al honderden uren ambtelijke en juridische tijd in gaan zitten. Waarom? Waarom houdt het college vast aan legalisering van een illegaal neergezet bouwwerk dat eigenlijk volgens de regels niet gelegaliseerd KAN worden.
De advocaat van de klager (de fam. Kasten, bewoners van de scholte Beestman) weet het wel: Hij schrijft aan de gemeenteraad:
“Blijkbaar hebben bepaalde burgers (de heer Markvoort die zelf verklaard heeft dat de heer Frenken van de recreatiewoning/jachthut gebruik maakt ten behoeve van jachtactiviteiten) volgens het college van B&W recht op bepaalde voorrechten die de gemiddelde burger niet ten deel vallen. Ook hier geldt dat het college van B&W bestuurt op basis van willekeur waarbij aan te nemen is dat dit geenszins de goedkeuring van de gemeenteraad heeft.”
 
Wij als Progressieve Partij zijn nogal rechtlijnig in dit soort dingen. Illegale bouw moet afgebroken en niet als “beloning” gelegaliseerd. Los van personen, belangen, overwegingen, buurtconflicten, posities als wethouders of raadsleden enzovoort. En het College moet het door de gemeenteraad uitgestippelde beleid en zeker de rechterlijke uitspraken gewoon handhaven. Punt uit.
 
 

Deel deze inhoud

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *