Nieuwe kwetsbaarheid en veerkracht.
Bestuurders moeten nadenken over de vormgeving van onze samenleving. Daar kunnen ze de hulp van wetenschappers goed bij gebruiken. Precies de reden waarom ik prof. Hans Boutelier van o.a. de Vrije Universiteit gevraagd heb mee te denken over de vraag ”hoe houden we de solidariteit uit de begin-corona-tijd vast in de maatschappij na-corona?”. Dinsdag 1 december zaten we via ons schermpje bij elkaar: bestuurders, managers, beleidsmedewerkers van maatschappelijke organisaties in Aalten. De scholen, de zorginstellingen, de bibliotheek, de gemeente, Laborijn, Figulus. Politie en Woonplaats horen hier ook bij, maar er ging wat mis met de verbindingen. Jammer. Allemaal instellingen die direct te maken hebben met mensen/inwoners van Aalten die weer last hebben van de maatregelen rond corona. Soms meer, soms minder. Of erger: zelfs te maken hebben met ziekte en overlijden. In een kort voorstelrondje kon je als gemene deler uit de ervaringen halen dat veel organisaties op de een of andere manier anders met hun contacten om moesten gaan. Soms verloren ze zelfs het contact met kwetsbare, niet bereikbare ouders bijvoorbeeld. Maar ook niet altijd negatief: de bibliotheek zag een stijging van het aantal leden en gebruik van e-books.
Hans Boutelier ging in op drie ontwikkelingen.
-Kwetsbaarheid en zelfredzaamheid. Corona laat zien dat er nieuwe, onverwachte kwetsbare groepen zijn. Mensen die er niet op gerekend hebben dat hen iets zou overkomen en dus niet zo snel de weg naar hulp en ondersteuning weten te vinden. Naast de “traditionele” kwetsbare groepen die nu extra hard geraakt worden. Maar er zijn ook tekenen van zelfredzaamheid. De wachtkamers van de artsen bleven leger, het beroep op GGZ (psychische hulp) nam af, de vermindering van hulpverlening en hulpverleners bracht bij sommigen ook rust en regelmaat. Maar dit kan ook allemaal uitgestelde vraag zijn. Daar moeten we ons op voorbereiden.
-Maatschappelijke veerkracht en locale coalities. Dat hebben we in de gemeente Aalten ook gezien. Koren, muziekverenigingen die serenades kwamen brengen bij Beth San en Stegemanshof, DJ William die regelmatig bij Dr. Jenny op bezoek ging. Talloze vrijwilligers –al of niet in verenigingsverband- zorgden voor kadootjes, kaartjes, bezoekjes. Er ontstonden nieuwe locale coalities. Sportverenigingen gingen aan het knutselen voor verzorgingshuizen, bedrijven stelden hoogwerkers beschikbaar, horecabedrijven werkten samen om mooie buitenterrassen te maken. Te veel om op te noemen. Maar dat begint te slijten. Volgens Hans Boutelier dachten we aan het begin dat er een crisis was met een overzichtelijk eindpunt. Maar hoe langer het duurt, hoe minder concreet perspectief er is, dringt het besef door dat deze pandemie een langdurig ontwrichtend proces kan zijn. Als verantwoordelijke bestuurders moeten we daarop inspelen.
-Sociale spanning en polarisatie. Volgens Hans zou dat in de gemeente Aalten en in de Achterhoek nog wel mee kunnen vallen, maar overal zie je natuurlijk tekenen van polarisatie tussen bevolkingsgroepen. Mensen die zich wel vol overgave aan de maatregelen houden en mensen die ze al of niet bewust negeren. Standpunten die grimmiger worden. En tegenstellingen die in de richting van ontwrichting gaan. Dan krijg je vormen van ongericht verzet, anti-overheidsdenken tot zelfs complotdenken. Speciaal aandacht hierbij moet er uitgaan naar de groep jongeren. “Het valt niet mee om nu jong te zijn” stelde Hans. De gemeenschappelijke vijand is onzichtbaar en ongrijpbaar. Vandaar dat ook populisten hier geen vat op hebben. Ze kunnen geen zondebok aanwijzen dus ook hun reactie gaat van in eerste instantie “totale lock down” tot later “alles weer zo gauw mogelijk open”. Aan de andere kant van het spectrum zijn mensen die zich hardop afvragen of we maar zo snel mogelijk weer terug moeten naar “het normale” van voor de corona met zijn druk op klimaat, groter wordende verschillen tussen arm en rijk, een karige publieke gezondheidszorg waar de prikkels verkeerd staan. Dit is een lastig fenomeen, maar bestuurders, moeten deze polarisatie blijven volgen, contact blijven leggen en het gesprek blijven aangaan.
Hoe zit het bij ons?
In het gesprek tussen bestuurders dat hierop volgde kwam er veel herkenning over de analyse van Hans. Al de genoemde ontwikkelingen zijn ook in Aalten waar te nemen. Van ouderen in de wijken die minder naar buiten komen en bezoek ontvangen tot ouders van kinderen die extra aandacht en zorg nodig hebben die onder de radar verdwijnen. Overbelast personeel in de zorg, maar ook optredende tekorten omdat er personeel in quarantaine gaat. Figulus die over 150 adressen beschikt waar straks kerstpakketten bezorgd kunnen worden. En waarvan ook 80% aangegeven heeft dat men wel open staat voor contact. Daar kwam ook een mooi idee van de kant van een programmamanager van de gemeente: niet iedereen wil contact met een officiële instelling als school of gemeente; als we nou elkaars contacten gebruiken en die opmerkzaam maken op het hulpnetwerk. Dat gaan we uitwerken. En passant werden ook wat aandachtsgroepen genoemd die onder de nieuwe kwetsbaren vallen: ondernemers, jeugd en kwetsbare inwoners.
De analyse voortgezet.
Hans kreeg het laatste kwartier. Hij zag drie sterke en positieve aanknopingspunten uit het onderlinge gesprek.
1.Er is sprake van een enorme gelaagdheid van de maatschappelijke gevolgen van de corona en de maatregelen. Jongeren hebben er anders last van dan ondernemers. En ouderen anders dan mensen wiens baan op de tocht staat. Maar iedereen moet het tot troost zijn dat we allemààl in het schuitje zitten van de corona-maatregelen en dat we van daaruit positief kunnen denken en handelen in bijv. die locale coalities die andere dingen doen dat ze altijd deden.
2.Hoe volgen we de mensen, houden contact met ze en zorgen dat mensen blijven aangehaakt bij de lokale gemeenschap? Het idee van de organisatie rond kerstpakketten sprak Hans erg aan. Probeer via een ander middel dan het geijkte in contact te blijven met kwetsbare groepen. En gebruik daarbij het idee dat oppopte om in die contacten ook andere bronnen aan te boren. Dus probeer via Figulus ouders weer contact met school op te laten nemen; probeer via sportclubs jongeren weer elkaar te laten ontmoeten en zo ook contact met hun mentoren te onderhouden. Blijf dus niet in je eigen bubbel zitten
3.Versterk ideeën en projecten voor speciale doelgroepen. Er kwamen voorbeelden langs van ondernemers (zie verderop), jeugd en kwetsbare inwoners. Hans noemde wat voorbeelden uit het land: zet nu in bij werkgevers, werknemers en onderwijs op stageplekken. Wat belangrijk is dat we eraan werken dat jongeren het gevoel blijven hebben en houden dat ze kansen hebben, niet weg- of afgeschreven worden. Dat geldt trouwens voor elk mens. Er is een klein groepje gevormd dat nu de “cross-overs” tussen de organisaties en doelgroepen gaat bekijken. Om te beginnen eens de lijst met kerstpakketten.
Ook al duurde deze sessie maar anderhalf uur, de reacties waren van verschillende deelnemers laaiend enthousiast. Zelf vind ik het ook altijd een verrijking als iemand die ervoor doorgeleerd en over nagedacht heeft ons helpt met inzichten vanuit de wetenschap om de dagelijkse uitdagingen te lijf te gaan. Dus echt mooi.
Woensdag 2 december
Beweging in medialand: streekomroep Oost-Achterhoek op komst?
Het medialandschap is sterk in beweging. Eigenlijk moet je constateren dat ze er in Den Haag ook niet uitkomen. Men wil naar zo’n 80 streekomroepen die dan meer professioneel moeten gaan werken dan de huidige lokale omroepen. Volgens de media -woordvoerder van GroenLinks, de van oorsprong Aaltense Lisa Westerveld, waarmee ik over dit onderwerp contact heb, wordt “de Kamer ook aan het lijntje gehouden”. Er is in elk geval (nog) geen rijksgeld voor die streekomroepen. Vanuit de VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten) is een commissie mediabeleid bezig geweest en die komt weer tot de conclusie dat streekomroepen niet door gemeenten maar door het rijk en provincies gefinancierd moeten worden. Zo’n anderhalf jaar geleden hebben twee Leidse studenten het medialandschap in Aalten al eens in kaart gebracht en de versnippering geconstateerd. Prompt fuseerden Aalten Vooruit en Achterhoek Nieuws. In de regio is een werkgroep van lokale omroepen onder leiding van Jan Bart Wilschut uit Winterswijk bezig geweest om te komen tot samenwerking in één streekomroep, min of meer onder de professionele vleugels van Regio8. Gemeente Doetinchem liet als donderslag bij heldere hemel weten dat ze niet meer wilde investeren. Regio8 ging in Den Haag aan het lobbyen voor pilotgeld. En over één streekomroep werd lange tijd niets meer gehoord. Wij hebben als college de raad voorgesteld wel de bijdrage per inwoner (i.p.v. per huishouden) op te nemen in de begroting. Dat heeft de raad goedgekeurd mits er een goed plan komt en ook de andere gemeenten meedoen.
Oost-Achterhoek
In deze onoverzichtelijke kluwen heeft een aantal omroepen in de Oost-Achterhoek een stap gezet en een plan opgesteld voor een streekomroep Oost-Achterhoek. Een samenwerkingsverband tussen Aladna FM (Aalten) RTV Slingeland (Winterswijk) Gelre FM (Oost-Gelre en Berkelland). Zij willen graag dat al die gemeenten hun bijdrage vaststellen op € 1.28 per jaar per inwoner. Met dat geld en reclame-inkomsten kunnen ze dan een streekaanbod op radio- en tv-gebied maken, met behoud van de 60 vrijwilligers per lokale organisatie met ondersteuning van 2,5 fte professionals. Die gedachte kwam het bestuur van AFM woensdagmorgen bij ons neerleggen. Zonder nog een vraag, maar ter informatie. Donderdagavond wilde men met de drie organisaties een persconferentie geven over deze plannen. Dus wel zo netjes om dan eerst de colleges te informeren. Zie ook het artikel in Aalten Vooruit:
Hoe verder?
Toch zijn we er dan nog niet. Alle tekenen wijzen erop dat de toekomst van de lokale media onder druk staat. Door allerlei oorzaken: sociale media, teruglopende advertentie-inkomsten, ontlezing, minder betrokkenheid bij instituties enz. De eerdergenoemde commissie van de VNG pleit ervoor om lokale media te beschouwen als “merit goods”. Dat zijn goederen of diensten waarvan de overheid het gebruik wil bevorderen. Bijvoorbeeld door subsidies. Denk bijv. aan musea, bibliotheken, muziek- en theaterbezoek. Niet omdat het “linkse hobby’s” zijn maar omdat ze bijdragen aan de cultuur, als maatschappelijke bouwsteen die zorgt voor de zin(geving) van het leven van de inwoners. Om het maar weer eens plechtig te zeggen.
Presentatie van de rapporten over lokale media door de VNG-commissie.
Steun voor een lokale omroep wordt dan niet gegeven omdat het zo’n leuk project is voor een groep vrijwilligers, maar juist ook doordat de lokale omroep zo’n maatschappelijke bouwsteen kan zijn. Dat blijkt dan bijvoorbeeld uit de verplichting een representatief “programma-bepalend-orgaan” (PBO, zeg maar bestuur) te hebben die voor een “lokaal toereikend media-aanbod” zorgt. Die eisen worden bijvoorbeeld niet aan een krant gesteld, zodat die dus niet gesubsidieerd wordt en het moet hebben van advertentie-inkomsten. De vraag is of dat in de toekomst houdbaar is. Daarover had ik woensdag een gesprek met Anke Sitter, een concept-ontwikkelaar met kennis van de journalistiek.
Wat is de functie van lokale media?
Natuurlijk gebruikt de gemeente (als organisatie) met graagte de advertentiekolommen van de Aalten Vooruit en De Band om de verplichte mededelingen naar de inwoners te doen (bijv. publicaties vergunningenaanvragen). Die verplichting vervalt overigens per 1 juli, waarna digitale publicatie ook volstaat. Ook worden de gemeentelijke advertentiekolommen gebruikt voor aankondigingen van gemeentelijke activiteiten: participatieavonden, oproepen om stembureau-lid te worden, uitreiking van prijzen enzovoort. Dat is allemaal een onderdeel van de communicatie. Waarvoor gewoon aan de krant betaald wordt. Daarnaast staan er in de kranten en sites van de omroepen persbericht-achtige mededelingen van bijv. opening van een bedrijf, planten van een eerste boom, doorknippen van een lint, een brief van de burgemeester i.v.m. corona. Dat zijn allemaal uitingen die je kunt scharen onder public relations-activiteiten van de gemeente. Allemaal belangrijk, maar lokale media zouden meer moeten zijn
Toekomstperspectief.
Als lokale media echt een “merit good” willen zijn dan moeten ze een rol spelen in het bevorderen van de lokale democratie, burgerparticipatie en discussie over de inrichting van onze lokale samenleving. Inwoners betrekken, hun meningen publiceren, op onderzoek gaan. Ik durf zelfs de stelling aan dat een open en democratisch (gemeente)bestuur zelfs haar eigen tegenspraak moet bevorderen. De eerste vereiste daarvoor is dan dat de media onafhankelijk zijn van de overheid. Dat zijn ze in feite nu ook, maar als ze meer de richting ook opgaan van kritische tegenkracht, dan geldt dat des te meer. Dat is te regelen via redactiestatuten enz. De tweede vereiste is dat men als media moet gaan samenwerken. Ook cross-mediaal. Die ontwikkeling zal verder gaan ook met de integratie van sociale media. Een derde vereiste is dat de media naast die onafhankelijkheid ook te allen tijde onpartijdig zijn, dat betekent elk geluid een gelijke kans bieden. Ik zou graag in het licht van de vorming van die nieuwe streekomroep deze richting verderop denken.
Komende week
Aankomende week komt er aandacht in en buiten de (gemeentelijke) organisaties voor een drietal projecten. Ze spelen allemaal deels op de schaal van de Achterhoek (behalve de eerst genoemd, dat is een project in eerste instantie voor ondernemers uit de gemeente Aalten). Ik zeg het niet vaak, maar ben best wel trots dat ze allemaal min of meer uit mijn koker komen.
Hulp aan zzp-ers en kleine ondernemers
Komende week zal Laborijn bekend maken dat zij een ondersteuningsprogramma heeft opgezet voor kleine ondernemers die last hebben van de crisis en daarom steun hebben aangevraagd. Laborijn werkt daarin samen met de IKAD en de Aaltense Uitdaging en Seesing Flex. Onderling is afgesproken dat gekeken wordt welke kant kleine ondernemers op willen nu de crisis zo’n grote invloed heeft. Probeert men met hulp van het netwerk meer corona-onafhankelijk werk binnen te krijgen, kan men als werknemer bij een van de bedrijven aan de gang, kan personeel via het uitzendbureau uitstromen, en kan er omscholing gestimuleerd worden door inzet van het Fonds voor Talent-ontwikkeling (zie hierna)
Fonds voor Talentontwikkeling Achterhoek
Een dezer dagen wordt dit Fonds operationeel. De eerste scholingsvoucher is reeds in de pijplijn aangekomen. Dit Fonds wil het leven lang leren bevorderen bij werknemers en zzp-ers om hen bij te houden op hun vakgebied, maar ook wil het fonds bijdragen in omscholing van overschotberoepen naar tekortberoepen. Soms hebben branches eigen scholingsfondsen, maar die zitten vaak potdicht als het gaat om omscholing naar een andere branche. Er gaat hier veel geld in om ook dankzij de regio deal en de doelstellingen passen ook helemaal in het beleid van een leven lang leren.
Move-2-Social
Woensdag gaat de thematafel Onderwijs en Arbeidsmarkt een klap geven op de goedkeuring en financiering van het project Move-2-Social. Dat is een coaching- en scholingsprogramma voor ondernemers die inclusief willen gaan ondernemen. Zowel voor starters als voor bestaande ondernemers. Als er iets is dat de corona-crisis heeft bewezen is dat ook ondernemers nadenken over de vraag hoe zij “impact” kunnen toevoegen. Niet alleen maar aandeelhouderswaarde toevoegen, maar juist ook “impact”op het gebied van klanten, medewerkers en omgeving. Of dat nu is op het gebied van circulaire economie, inclusieve arbeidsmarkt of betrekken van consumenten bij je bedrijfsformule.
What do you want to do ?
New mail
What do you want to do ?