Gemeenteraad, wat is dat ook al weer?
Deze week verscheen er in de Gelderlander een artikel met de kop ”gemeenteraad steeds minder invloed.” Dat ging over een boekje dat pas uitgekomen was. Het ging er daarbij over dat op diverse terreinen, bijvoorbeeld jeugdzorg, in de regio veel samengewerkt moet worden en dat een besluit van een enkele gemeenteraad in die regionale samenwerking, laat staan de mening van een enkele fractie of gemeenteraadslid er weinig toe doet. Verder dat de problematiek van bijv. diezelfde jeugdzorg of bijvoorbeeld de belangen in het “grondbedrijf” (dat is de afdeling binnen een gemeente die vaak grond koopt, bouwrijp maakt en weer verkoopt) zo complex geworden zijn, dat ze niet meer te overzien zijn door een gemiddeld raadslid. Als dan die vraagstukken zo ingewikkeld zijn, dan is de neiging van de raad dit over te laten aan de professionals (de ambtelijke medewerkers, hun adviseurs en de full-time wethouders). En daarmee wordt de democratische controle uit handen gegeven bij grote omvangrijke onderwerpen met grote financiële belangen. Voor de raad blijft dan het “klein bier”over: ze mag zich druk maken over het verdwijnen over een pinautomaat in Bredevoort, een wachthuisje op het station in Aalten, de noodzaak van een supermarkt in Dinxperlo. En dat ook nog in de wetenschap dat over die onderwerpen eigenlijk de Rabobank, Pro-Rail of Albert Heijn of Jumbo beslist.
Rol de van de gemeenteraad.
Volgens de wet is de gemeenteraad nog altijd het hoogste orgaan in de gemeente. Daar worden de grotere –kader-besluiten genomen, belastingverordeningen vastgesteld en het ruimtelijk beleid in plannen opgeschreven. En wat in die besluiten staat wordt bepaald door de verschillende opvattingen van de vertegenwoordigers van de bevolking: de gemeenteraadsleden. CDA en VVD zullen in het geval van het buitengebied meer de economische belangen van de landbouw op het netvlies hebben, de Progressieve Partij meer de noodzaak van natuurbescherming en –uitbreiding. Wij zullen bij de belastingverordeningen vaak wat meer zoeken naar mogelijkheden om de “sterkste schouders, de zwaarste lasten te laten dragen”, de VVD is gewoon voor zo laag mogelijke belastingen. En wij zullen ook de vraag opwerpen: als we dan zo graag kulturhuser, sporthallen en voetbalvelden in elke kern van de gemeente willen hebben, moet dan gewoon de bijdrage van de bevolking (= belasting) niet stijgen? Maar toch zijn de marges maar klein. En de “kleine ergernissen” (niet brandende straatlantaarns, losliggende stoeptegels, bladoverlast) moeten gewoon bij de “organisatie gemeente” gemeld worden. Wat dat betreft is de gemeente dan een soort bedrijf: ze verstrekt paspoorten, rijbewijzen en zorgt dat de overlast verdwijnt. Dat laatste wordt trouwens ook steeds meer van burgers zelf gevraagd: niet voor elk wissewasje naar de overheid verwijzen. Maar ja: u kunt moeilijk uw stoeptegels rechtleggen of de lantaarnpaal repareren.
De rol van de gemeente raad zal wellicht in de toekomst veranderen. Aan de ene kant de “kaders” stellen voor de “grote”onderwerpen als jeugdzorg, grondbedrijf, ruimtelijke ordening. Dat zal ook steeds meer op regionale schaal gebeuren. Aan de andere kant: signalen uit de samenleving op de politieke agenda zetten. En een belangrijke: een soort ombudsfunctie. Daar waar inwoners in de bureaucratie vastlopen kijken waar de openingen zitten. Niet vanuit : “u vraagt wij draaien” maar vanuit de gedachte: is de vraag redelijk en als dat zo is hoe kunnen we iets wel passend krijgen binnen beleid- en regelgeving zonder anderen tekort te doen. Een laatste –misschien wel belangrijkste- rol van de raad is inwoners uit te dagen tot “meedoen”, “burgerschap” en ja daar komtie: de participatiesamenleving. Dat betekent dat de raad ideeën vanuit zichzelf en de bevolking moet genereren en ondersteunen, op de agenda zetten. Dat betekent misschien ook wel meer directe invloed van buurtcomités, verenigingen, nieuwe samenwerkingsverbanden daartussen (rond “kulturhuser” enz)
De praktijk
We staan nog ver af van de nieuwe rollen van de raad. Veelal gaat het over het hierboven genoemd “kleine bier”. De grote besluiten die ook vaak hun regionale doorwerking hebben, komen vaak niet in de publiciteit, zijn ver van ons bed. De “ombuds”- en “inspiratie”functie wordt door ons als Progressieve Partij wel zoveel mopgelijk opgepakt. Wij willen de agenda beïnvloeden en nieuwe ideeën neerleggen. Anderen zijn nog meer volgend op wat er aan ideeën uit het College en de ambtelijke koker komen. Intussen is het van belang dat wij zo breed mogelijk blijven informeren. De één met korte berichten, de ander met wat bredere achtergrondinformatie. Want alleen met gedegen informatie kun je tot afgewogen besluiten komen.
Reageren? joop.wikkerink@progressieve-partij.nl