De (leuke) hectiek van het gemeentebesturen is weer helemaal terug. Hoewel de corona ons nog dagelijks bezighoudt, kunnen we als organisatie, als B. en W. en raad toch weer aan de slag met waarvoor we zijn: deze gemeente mooier en beter maken voor de mensen die er leven en werken. Ondertussen maken we nog steeds afwegingen tussen wat wel en niet kan binnen de richtlijnen van RIVM. Intern is een protocol opgesteld en ook extern wegen we af wat digitaal en wat live kan. Een greep uit de activiteiten van deze week:
GGD nog steeds onder druk
Maandagmiddag kwamen we als Dagelijks Bestuur van de GGD digitaal bij elkaar. Het was goed te horen dat de reguliere taken langzamerhand weer worden opgepakt door het personeel en dat de mensen voor testen en bron- en contact onderzoek in een aparte projectorganisatie zijn ondergebracht. Ook hier blijkt weer hoe afhankelijk de GGD is van de opdrachten en richtlijnen van het Ministerie. Terwijl vaak de klachten wel bij de organisatie zelf terecht komen. Dat voelt voor de medewerkers soms onheus. Door de directeur werd meegedeeld dat die woensdag de teststraat in Harderwijk en Apeldoorn open gaan en dat laboratoriumcapaciteit in Duitsland ingezet worden.
Basisbanen: een perspectief?
De Vereniging van directeuren van Sociale Diensten hield maandagmiddag een interessante workshop over participatie-banen en basisbanen. De gedachte is dat mensen die langdurig in een uitkering zitten een baan krijgen aangeboden door de gemeente. In Den Haag experimenteert men met participatiebanen: daar krijgen de deelnemers bovenop hun uitkering een toelage. Maar er is geen sprake van een contract naar arbeidsrecht.
In Groningen hebben nu 13 mensen een basisbaan. Daar ontvangt men het wettelijk minimumloon en bouwt men ook pensioen op. De werkzaamheden bestaan uit bijv. toezichthouders op sportcomplexen. Vanuit de koepel van sociale werkvoorzieningsbedrijven komt ook het idee van detacheringen op basisbanen. Er zijn twee grote issues in deze discussie. Een baan van 36-38 uur tegen wettelijk minimumloon kost inclusief werkgeverslasten rond de € 23.000 per jaar (exclusief begeleiding); een uitkering kost gemiddeld € 14.000. Om de kosten te drukken wordt dan het aantal uren verminderd. Daarmee wordt in feite onder het WML betaald. Een tweede punt is de armoedeval. Bij een iets hoger (bruto)loon dan de netto-uitkering, vervallen sommige toeslagen en fondsen, waardoor er minder netto overblijft. Basis- of participatiebanen zijn dure instrumenten voor de gemeente. Persoonlijk geloof ik meer in een basinkomen voor iedereen, onder gelijktijdige afschaffing van het hele toeslagenstelsel.
Tritop: mooi door de corona-crisis
Dinsdagmiddag ging het mannelijk deel van het college op bezoek bij Tritop in Dinxperlo. Na de brand in februari is men in no time weer operationeel geworden in het oude pand van Nijhuis Water aan de Anholtseweg in Dinxperlo. Prachtige nieuwe machines, een perfecte afzuiginstallatie voor het zaagselstof en vooral heel mooie interieurproducten. Van winkelbalies tot hele interieurs in kantorenflats van uitgekiende materialen. Bijvoorbeeld bamboe-plaatmateriaal. Met zo’n 25 medewerkers maakt men daar dag in dag uit maatwerkproducten in de winkel- en kantoorinrichting. De twee directeuren, vader en zoon Bouwmeester zijn zeer te spreken over de hulp die het bedrijf van alle kanten kreeg na de allesverwoestende brand. Van klanten, buren, kennissen en bedrijven. En dan is het soms gek: het bedrijf heeft nauwelijks last gehad van de corona-crisis (qua orders dan). Ook geen zieken. Men bewaakt zo goed mogelijk de 1,5 meter- en ontsmettingsregels. Kan ook als je de ruimte hebt in zo’n mooie grote fabriekshal. Natuurlijk brachten wij ter sprake de arbeidsmarktsituatie (bijv. inzet van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt) en de duurzaamheid. In de werkplaatsen brandt volop led-licht en men is bezig met zon-op-dak.
Teamsen en zoomen
Soms heb je van die dagen die geheel gevuld zijn met (digitaal) overleg. Woensdag was er zo een. Vaak overleggen we digitaal over regionale zaken. Zo moeten agenda’s voorbereid worden voor o.a. overleg met “onze man” in Duitsland ( de lobbyist van de provincie Gelderland komt op bezoek bij het college), de overleggen met de regio-wethouders over het zorgdomein èn onze contracten met het dierenasiel. De gemeenten hebben nl. een wettelijke taak om zwerfdieren op te vangen en te verzorgen. Dat gebeurt in het dierenasiel in Doetinchem. Dat doen we samen met zo’n 7 gemeenten. Die moeten de kosten dan verdelen. En ja dan moet je het hebben over dingen als: slaan we kosten nu om per dier, per inwoner en wat doen we met de “grijze” gevallen: als iemand opgenomen moet worden in welke instelling dan ook en hij/zij kan niet meer voor zijn huisdier zorgen, wie neemt de zorg dan over? Als bij wijze van spreken de deur op een kier gezet wordt, huisdier ontsnapt, loopt op straat dan zou je het als zwerfdier kunnen beschouwen. Dus dierenasiel. Als het huisdier thuis opgehaald wordt door de dierenambulance of een kennis moet het naar een pension. Kassa en wie betaalt? Leuke discussies toch?
Met zorgaanbieders in gesprek
Het zal niemand ontgaan zijn dat het piept en kraakt in de jeugdzorg. Er is uitgerekend dat er in 2014 140 aanbieders waren en in 2020 maar liefst 6000 (landelijk). Dat heeft alles te maken met de overgang van verantwoordelijkheid (en financiering) van jeugdhulp van Rijk en provincies naar de gemeenten. Daardoor piept en kraakt het ook bij de gemeentefinancien: het Rijk geeft gemeenten stelselmatig te weinig geld om de vraag naar jeugdzorg te kunnen bekostigen.
Een ander onderwerp is hòe gemeenten zorgen dat hun jongeren de juiste hulp krijgen. Daarvoor “contracteren” ze aanbieders: van hele grote zoals Plureyn, GGNet of Entrea-Lindenhout tot éénpitters die coaching en begeleiding voor jeugdigen verzorgen.
De jeugdconsulenten van de gemeenten bepalen samen met ouders, jeugdigen, deskundigen welk hulpaanbod passend is. Soms legt de rechterlijke macht een behandeling op, soms verwijst een huisarts of ziekenhuis door. In alle gevallen moet de gemeente de rekening betalen. Daarvoor moet een systeem bedacht worden.
In 2015 (toen deze overgang van Rijk naar gemeente z’n beslag kreeg) is gekozen voor een aanbesteding: iedereen die voldoet aan de eisen kan meedoen en kan klanten doorverwezen krijgen (en dus ook zelf “aanbrengen”). Dat systeem willen de wethouders jeugdzorg in de Achterhoek veranderen. Natuurlijk roept dat vragen op: elke verandering brengt onzekerheid. En je moet ook eerlijk zijn: als we als gemeenten meer werk willen maken van preventie, normalisering, de-medicalisering, meer zorg-dichtbij, zo thuis-mogelijk, dan gaat dat misschien te koste van omzet van sommige aanbieders.
Na de eerste aankondigingen van een systeemverandering (reeds in 2018) kwamen de zorgaanbieders in het geweer toen de plannen voor nieuwe aanbesteding concreet werden. Daarover voerde ik als voorzitter van het portefeuillehouders overleg sociaal domein samen met twee wethouders Jeugd overleg met 6 vertegenwoordigers van deze instellingen op donderdag middag. We geven elkaar meer tijd, overleggen met elkaar, zien elkaar als partners maar gemeenten blijven uiteindelijk verantwoordelijk opdrachtgever. Dat was kort en goed de afdronk. De raden, die ook benaderd worden door zorgaanbieders (de inkoop en aanbesteding is een taak voor het college), moeten goed geïnformeerd worden. Komt mooi uit dat wij op maandag 14 september de raad uitgenodigd hebben om een presentatie over inkoop jeugdhulp bij te wonen.
Drukke en leuke vrijdag
Vrijdagmiddag kwam Tweede Kamerlid Tom van der Lee in Aalten op bezoek. Tom is oorspronkelijk afkomstig uit Silvolde, jarenlang perswoordvoerder van Paul Rosemuller en Femke Halsema geweest, projectdirecteur bij Oxfam-Novib en sinds 2017 tweede Kamerlid voor Groen Links. Hij is woordvoerder op het gebied van klimaat en energie. Hij kwam voor een gezelschap van raadsleden en wethouders van Groen Links vertellen over de strategie en ideeën van GroenLinks. Ook in relatie tot de lokale inzet. Dus de raadsleden van de Progressieve Partij schoven ook aan. En dan gaat het nogal gauw over duurzaamheid en betaalbaarheid (voor de mensen met de kleine portemonnee): dè issues voor Groen Links.
Om half 4 naar Lichtenvoorde voor een bezoek aan de Hamelandhal (rookvrij!) in Lichtenvoorde. Daar werd het regionale preventieakkoord gepresenteerd (ondertekend door 84 Achterhoekse organisaties) aan Paul Blokhuis (staatssecretaris o.a. Volksgezondheid). Wat sterk is in de Achterhoek dat het preventie-akkoord gekoppeld is aan het sport- en beweegakkoord (in de Achterhoek bekend onder “Achterhoek beweegt”.). Hoe hou je zo’n 30 wethouders, instellingsdirecteuren en projectmedewerkers 1,5 meter uit elkaar? Juist: zet ze aan het spinnen. Dus dat werd een uurtje fietsen en praten en luisteren. De uitdaging zit’m natuurlijk in de beweging van papieren rapporten naar het doen. Er zijn al leuke initiatieven in de Achterhoek (walking football, SLIMmer (wandelen en bewegen met diabetici). Ik mocht ook een Aaltens initiatief noemen: rookvrije kinderboerderij, bewegen op sportpark Zuid maar ook een hele simpele: op verzoek van een huisartsenpraktijk willen we in de volgende versie van de APV opnemen dat het mogelijk is een rookvrije zone te creëren rond een praktijkgebouw. Vond iedereen leuk.
Om 19.00 uur op de fiets (gezond) naar koffieboerderij Rensink aan de Tammeldijk. Daar nam Hanny Noorman afscheid van de gemeentepolitiek. Ze had maar een paar mensen uitgenodigd, waar ze in de afgelopen 18 jaar veel mee te maken had gehad. Leo van der Linde, verslaggever was er ook en verraste haar met (bijna het eerste) exemplaar van zijn boekje over de Aaltense burgemeesters toen en nu.
Gelukkig kon ik vanaf 21.00 uur nog een staartje meepikken van de zoom-sessie over Energietransitie, georganiseerd door de meetup-werkgroep van de Koppelkerk te Bredevoort. Het ging o.m. over de Regionale Energie Strategie (momenteel in de Achterhoek als concept gereed) en de (financiële) participatie van de inwoners. Sterke bijdragen van Frank Duenk (projectleider RES) en Jacko Harbers en Thijs Huls van de Agem (Thijs ook als lid van Jong-Res: een groep jongeren die wil meepraten over de toekomstige energievoorziening). Moderator Jan Wijbrans hield de deelnemers goed bij de les. In dit soort bijeenkomsten wil men nog wel eens afdwalen naar toekomstige energiebronnen, de noodzaak van besparing of de voordelen van kern-energie of waterstof, maar het ging nu om de Achterhoekse opgave. En die is volgens de inleiders keihard: we komen er niet alleen met een paar windmolens, wat daken volleggen met zonnepanelen of wat zonnevelden. Alles is nodig om de opgave van 1,35 Terrawatt nieuwe opwek te halen. Ook hier is het weer duidelijk dat communicatie van groot belang is, anders verzandt men snel in begrippen, cijfers en niet te vergelijken rapporten en feiten die soms als mening gepresenteerd worden. Zie ook hier
What do you want to do ?